In de winter en zomer verschillen de peilen en waterstanden in de watergangen. Dat komt omdat in de winter meer neerslag valt dan in de zomer en vanwege de vraag naar water.  

Winter

In de wintermaanden is de hoeveelheid neerslag groter dan de verdamping. Het waterschap hanteert in de winterperiode lagere waterpeilen. Zo ontstaat in de waterlopen ruimte om de neerslag op te vangen en het teveel aan water af te voeren.

Zomer

In de zomermaanden is de verdamping groter dan de neerslag. De waterstand in de sloten brengen we dan naar een hoger peil. Dat is het zomerpeil. Op die manier zorgen we voor een buffer in ons watersysteem. Omdat veel water verdampt moeten we in droge perioden water aanvoeren om de afgesproken peilen in de sloten te kunnen handhaven.

Wanneer winter of zomerpeil?

Voor het winter en zomerpeil handteren we geen vaste periode. Peilbeheer is vooruit kijken, wanneer het in het voorjaar droger wordt gaan we water bufferen en zetten we het peil omhoog. Wanneer het in het najaar weer natter wordt dan laten we water lopen om bergingsruimte te creëren. Bij een nat voorjaar kan het zijn dat we pas wat later de waterpeilen verhogen. Bij een droog najaar kan het zijn dat we de waterpeilen wat langer hoog houden. 

Peilbesluiten

Afspraken over peilen moeten soms opnieuw gemaakt worden. Omstandigheden en inzichten kunnen veranderen. We hebben kortgeleden een aantal nieuwe peilbesluiten genomen. En er worden op dit moment ook nieuwe peilbesluiten voorbereid.  

Meer informatie Peilbesluiten

Heb je gevonden wat je zocht?