Plantengroei
Het Paterswoldsemeer wordt beheerd en onderhouden door het Meerschap Paterswolde. Daar waar waterplanten nu al voor overlast zorgen, wordt gemaaid op grond van het maaibeleid van het Meerschap Paterswolde. Wij maken afspraken met het Meerschap Paterswolde en belangenpartijen in het gebied hoe in de toekomst om te gaan met waterplanten, mocht er een toename zijn van waterplanten.
Voorafgaand aan en tijdens de uitvoering van de maatregelen wordt hier op gemonitord en bijgestuurd. Er is al een onderzoek gedaan naar de mogelijke effecten van de waterkwaliteitsverbetering op de aanwas van waterplanten door bureau Waardenburg, een onafhankelijk adviesbureau, Hierin staat o.a. dat exponentiele aanwas van plantengroei alleen mogelijk is bij een zeer hoge helderheid. Deze mate van helderheid/doorzicht zal niet worden behaald door de maatregelen.
Ja, maar overlast door waterplanten wordt voorkómen. De Kaderrichtlijn Water vraagt eigenlijk om de ecologische waterkwaliteit te verbeteren voor zover dat maatschappelijk mogelijk is. Daarom wordt in kaart gebracht waar wel en waar geen waterplanten mogen staan. Het maatregelenpakket wordt dan zodanig samengesteld dat op de plekken waar ze ongewenst zijn, niet eens waterplanten gaan groeien, of dat ze op die plekken worden weggemaaid. En met monitoring wordt een vinger aan de pols gehouden.
De huidige mate van doorzicht is niet voldoende voor een natuurlijk en gezond watersysteem (Een geografisch afgebakend (een grens trekken), samenhangend en functionerend geheel van oppervlakte- en grondwater. Plus de daarbij horende waterbouwwerken, levensgemeenschappen, processen en relaties met de omgeving.), maar hoeft inderdaad niet verder verhoogd te worden dan bij het type past. Voor het Paterswoldsemeer geldt een norm van ca 90 cm doorzicht en dat is gebaseerd op wat je in een veenplas mag verwachten. We streven dus zeker niet naar volledige doorzicht. De nadruk van de maatregelen ligt nu vooral bij het verbeteren van de biodiversiteit (De grote variatie van planten en dieren in de bodem), zoals vissen, waterplanten en macrofauna (In het water levende kleine dieren, zoals slakken, libellen- en muggenlarven en kokerjuffers.) (waterdiertjes).
Zwemmersjeuk laat zich niet voorspellen en is heel erg afhankelijk van of er poelslakken zitten en er voldoende gastheren (watervogels) zijn. De relatie tussen meer waterplanten en zwemmersjeuk is niet een op een te leggen. Het hangt van verschillende factoren af, zoals temperatuur maar ook van bv windrichting (worden de parasieten naar een zwemlocatie gedreven).